Beton is een eeuwenoud product dat al verschillende generaties overleefde. Toch zijn betoncentrales steeds vernieuwender en gaan ze slimmer te werk. Thierry Beirens, bestuurder van de Zeelse betoncentrale Van Akelyen, legt uit hoe zij uitgroeiden tot een koploper in hun sector.
Van Akelyen nv werd opgericht in 1932 en toch valt het niet op dat het bedrijf bijna 90 jaar op de teller heeft staan. De producent van stortklaar beton en hydraulisch gebonden mengsels (beter bekend als stabilisé en mager beton) zet naar eigen zeggen continu in op vernieuwing. “We willen innovatief uit de hoek komen op verschillende vlakken: onze klanten en mensen, onze werkwijze, het milieu en onze producten”, vertelt Thierry Beirens.
Blije mensen en klanten
Het team achter Van Akelyen is volgens Beirens de drijfveer van de groeiende onderneming. “We werken constant aan de goede sfeer in ons bedrijf. Wanneer we een nieuwe collega aannemen, kiezen we ook voor de meest hulpvaardige, stipte en vriendelijke medewerker. Onze klanten weten en appreciëren dat.” Het bedrijf werkt ook constant aan een betere en baanbrekende manier van werken. “We voorzien onze medewerkers van nieuw en proper materiaal. Dat werkt fijner én zorgt voor minder pannes of downtime. Een voordeel op zowel financieel als HR-vlak”, vertelt Thierry Beirens.
Een slimmer milieubeleid
Van Akelyen wil een milieuvriendelijke onderneming zijn en toont dat op meerdere vlakken. Hun streng transportbeleid zorgt voor een kleinere impact op het milieu. De meeste grondstoffen worden namelijk aangevoerd via de binnenscheepvaart waardoor de ecologische voetafdruk met twee derde verkleint. De zonnepanelen op de loodsen zorgen op hun beurt al meer dan 10 jaar voor een jaarlijkse productie van ongeveer 170.000 kWh, wat resulteert in een CO2-reductie van zo’n 116,5 ton per jaar.
“Goed voor ongeveer 70 % van de totale energiebehoefte van de centrale. De verwarming en koeling van de kantoren worden ook op een ecologische manier aangedreven door warmtepompen”, legt Thierry Beirens uit. “Onze betoncentrale kreeg een nullozerstatuut omdat we geen afvalwater uit het productieproces lozen. Enkel het sanitaire water komt in de riolering, de rest wordt gerecycleerd en hergebruikt. Het water voor de productie van stortbeton komt dus deels uit gerecycleerd en deels uit opgepompt grondwater.”
Betere en makkelijkere producten
De betonmixers in het wagenpark hebben geen verbinding van de waterkraan naar de mixer. Op die manier kan er op de werf geen water worden toegevoegd aan het stortbeton. Thierry Beirens: “Vloeibaar beton werkt nu eenmaal gemakkelijker. Beton moet onmiddellijk in de juiste vloeibaarheid besteld worden, meestal zal dit een consistentie S4 (zeer plastisch) of S5 (vloeibaar) zijn. De vloeibaarheid verhogen mag enkel met een hulpstof die de kwaliteit van het beton behoudt, zoals een superplastificeerder. Als de chauffeur de kraan openzet, wat bij onze betonmixers onmogelijk is, kan dit verregaande gevolgen hebben. Denk maar aan extra krimp, minder sterke en niet-duurzame beton.”
Een innovatieve toekomst
Als laatste geeft Thierry Beirens ons een glimp van de toekomst van het bedrijf. “We zijn op dit ogenblik ook bezig met al onze werkwijzen te verfijnen. Het labo, de planning en de commerciële dienst worden uitgerust met een nieuw systemen. We zoeken een manier om restbeton onmiddellijk om te vormen tot een herbruikbaar granulaat én willen in september als één van de eerste in ons land het CSC-label halen”, besluit hij trots.