Eind september ging in het Zweedse Göteborg het tweedaagse congres Living City van start. 180 deelnemers uit 20 landen verkenden er samen met beleidsmakers en een panel van eminente experten de maatregelen en ingrepen die nodig zijn om onze steden groener en bijgevolg leefbaarder te maken. Voortrekker was reeds voor de vijfde keer Husqvarna. Ze bundelden hiervoor hun krachten met het Johanneberg Science Park en met Göteborg, één van de meest duurzame steden ter wereld.
Centrale thema’s van het congres waren pro urban landscaping, het stedelijk groenbeheer van de toekomst en de opkomst van sustainable smart parks. Technologie krijgt hierbij een steeds belangrijkere rol toebedeeld. Zo wordt gezocht naar oplossingen om de efficiëntie bij groenonderhoud te verbeteren, de recreatieve waarde van de parken te vergroten en de ecologische voetafdruk te verkleinen door gebruik te maken van digitalisering, automatisering en elektrisch aangedreven krachtbronnen.
Binnen afzienbare tijd zal ruim 75 % van de wereldbevolking in de steden leven. Daarbij wordt verwacht dat tot 1 miljard mensen naar meer noordelijk gelegen gebieden zullen migreren omwille van de klimaatopwarming. Niet enkel landen, maar ook individuele steden zullen hierbij een masterplan met concrete eco-doelstellingen moeten opmaken. Het verkeer zal moeten afstappen van fossiele brandstoffen en elke vierkante centimeter vrije grond zal nuttig gebruikt moeten worden. Groene publieke ruimtes zijn daarbij belangrijk voor de levenskwaliteit en de sociale cohesie, net als de dak- en stadsboerderijen die in volle opkomst zijn. Er komt ook grote druk op de schouders van de beleidsmakers op vlak van urbanisatie. Planning en architectuur zullen herdacht moeten worden om de leefbaarheid in de steden te vrijwaren. We zullen bij dit alles steeds meer aangewezen zijn op digitalisatie en automatisering en op Artificial Intelligence (AI) om de juiste voorspellingen te kunnen maken.
Nico Wissing van het Nederlandse Green Label reikte een aantal oplossingen aan om de levenskwaliteit in de steden te verbeteren. Dit vergt echter een belangrijke mentaliteitswijziging. Zo denken we al te snel dat we duurzaam bezig zijn door een houten tuinhuis te verkiezen boven een uitvoering in kunststof, waarbij we over het hoofd zien dat hiervoor bomen gerooid moeten worden. Onze huidige obsessie met netjes getrimde grasperken, hagen en struiken is een doodsteek voor de biodiversiteit. Wissing heeft het over een regelrechte ecocide: het rooien van tropische bomen, groeves voor het winnen van tuin- en potgrond en de immense vervuiling afkomstig van 2 miljard plastic plantcontainers per jaar. Hij roept alvast op tot meer eco-bewustzijn bij (tuin)architecten en city-planners. Hij ziet in deze context ook een aantal nieuwe beroepen ontstaan zoals drone-tuiniers, groene koks, ecoleraars, zee- en stadslandbouwers … Zijn visie krijgt internationaal steeds meer bijval.
Husqvarna liet ons kennismaken met de nieuwste evoluties op vlak van accu-aangedreven buitenmachines en hun koppeling aan intelligente systemen die optimaal gebruik maken van automatisering, digitalisatie en AI. Er wordt op dit vlak volop kennis en ervaring verzameld op een ‘testbed’ in een plaatselijk stadspark. Sensoren registreren daarbij diverse parameters inzake bodemgesteldheid, grondtemperatuur, vochtigheid, zuurtegraad, het niveau van de voedingsstoffen … Ehelpen zo de nodige stappen te bepalen voor een optimaal parkonderhoud. Gezien het maaien van het gras in een stadspark tot 75% van het onderhoudsbudget opslorpt, wordt ook hier gestreefd naar meer efficiëntie. Robotmaaiers maken hierbij deel uit van een intelligent systeem dat voor het maaien rekening houdt met openings- en sluitingsuren van het park, verwachte pieken in het aantal bezoekers, geplande evenementen … Ook de beregeningsinstallatie is aan dit systeem gekoppeld. De resultaten van het ‘tesbed’ worden gebruikt om de technologie verder te verfijnen en zo de kwaliteit van het openbaar groen te verbeteren met minder inspanningen.
Bij het automatiseren van verschillende taken zullen autonome machines een steeds grotere rol gaan spelen. Zowel kleine robotmaaiers als grotere maaimachines voor het onderhoud van parken, sportvelden en luchthavens worden nu reeds met een indrukwekkende precisie gestuurd via satelliet. De operator zet het te volgen traject en de taken uit op een scherm, waarna de machines volledig autonoom aan het werk gaan. De geplande taken kunnen op om het even welk moment aangepast en bijgestuurd worden. Dit maakt het werk alvast veel efficiënter en veiliger voor de operator.
Ter gelegenheid van het congres werden ook de eerste resultaten van HUGSI voorgetseld. HUGSI -Husqvarna Urban Green Space Index – maakt gebruik van satellietbeelden en eigen ontwikkelde algoritmen om de kwaliteit van het stadsgroen wereldwijd in kaart te brengen. Tot nu toe werden 98 steden gescreend op vlak van hoeveelheid, verdeling en kwaliteit van het aanwezige groen. Hiermee willen ze een beleidsinstrument ter beschikking stellen voor alle stakeholders om hun beslissingen op af te stemmen en pijnpunten bloot te leggen. Het Zuid-Afrikaanse Durban kwam globaal op een eerste plaats te staan met ruim 60 % van zijn oppervlakte bedekt met groen. Dichter bij huis kreeg Brussel op Europees niveau het label van ‘gezondste stadsbeplanting’ toegekend.
De bezorgdheid om de toekomst van onze steden is groot evenals de wil en de creativiteit om met duurzame oplossingen voor de dag te komen. Tijdens het congres werden continu nieuwe inzichten geopenbaard en technologieën voorgesteld om onze steden leefbaarder te maken via stadsgroen. Het werd duidelijk dat er nog getimmerd moet worden aan een mentaliteitswijziging en aan een integratie/coördinatie van de vele afzonderlijke data die nu reeds beschikbaar zijn om ze te bundelen tot een nieuwe, overkoepelende en toekomstgerichte visie op het stedelijk groenbeleid.