Na de succesvolle eerste cluster van 7 bruggen stelde De Vlaamse Waterweg de nv Via T Albert – bestaande uit Franki Construct, Willemen Infra, HYE en Aelterman – aan om ook de tweede cluster van 8 bruggen over het Albertkanaal aan te pakken. Franki Construct en Willemen Infra, beiden onderdeel van de Willemen Groep, werpen in dit artikel hun licht over dit grote en complexe PPS-project, dat kadert binnen de algemene opwaardering van het Albertkanaal waarbij de vrije doorvaarthoogte van in totaal 62 bruggen wordt verhoogd tot 9,10 m. “Voorlopig zitten we perfect op schema. Intussen zijn al 6 van de 8 bruggen opnieuw operatief en we verwachten om de cluster volgens planning tegen de zomer van 2022 op te leveren”, vertelt Bert Muys (Franki Construct), die het project overkoepelend coördineert.
Met bijna 40 miljoen ton vervoerde goederen per jaar is het Albertkanaal de belangrijkste waterweg in Vlaanderen. Vooral het containervervoer kende het voorbije decennium een steile opgang. In het kader van de capaciteitsverhoging van het Albertkanaal investeert De Vlaamse Waterweg nv dan ook in de verdere uitbouw van het Albertkanaal. De huidige beperking in doorvaarthoogte en -breedte onder de bruggen vormt een bottleneck voor de binnenscheepvaart op het Albertkanaal. De verhoging van de bruggen over het Albertkanaal tot een vrije doorvaarthoogte van 9,10 m maakt het mogelijk om binnenschepen met vier lagen containers veilig en vlot te laten varen. Bovendien krijgt ook Short Sea Shipping op het Albertkanaal zo betere kansen.
Eind april 2019 ondertekenden De Vlaamse Waterweg en Via T Albert het contract voor de tweede cluster van het PPS-project ‘Verhoging bruggen Albertkanaal’. Hiermee sloten beide partijen een publiek-private samenwerkingsovereenkomst (PPS) voor zowel het ontwerp, de bouw, de financiering (EPC) als het 30-jarige onderhoud (MTC) van acht bruggen: Beringen, Paal-Tervant, Meerhout-Vorst, Lummen, Oelegem, Herentals, Kuringen en Schoten. Bert Muys: “Cluster 2 is een PPS-project in een DBFM-formule waarbinnen opdrachtgever De Vlaamse Waterweg in zee gaat met de nv Via T Albert. Binnen deze tijdelijke maatschap (TM) bundelen vier specialisten de krachten waarbij Franki Construct zich ontfermt over de civiele werken, Willemen Infra de wegenis- en rioleringswerken behartigt, Aelterman staalbouwexpertise levert en HYE haar kennis in de waterbouwsector in de schaal legt. Vanuit EPC fungeer ik als projectdirecteur. De maintenance start na voltooiing van het EPC-traject, waarbinnen we aan alle vooropgestelde en beloofde eisen moeten voldoen om een voltooiingscertificaat te ontvangen.”
Dat de nv Via T Albert ook al een eerste cluster van 7 bruggen uitvoerde, wordt nu ervaren als een grote meerwaarde. “Waar de klant bij cluster 1 traditioneel nog veel vragen heeft over het ontwerp, konden we cluster 2 starten met een stevige vertrouwensbasis”, vertelt Bert Muys. “Het vertrouwen dat wij hen op de juiste manier ontzorgen was er al bij aanvang en dat zorgde in een eerste fase voor een kortere studieperiode, met dezelfde studiebureaus als bij cluster 1. Na de contract close in april 2019 volgende een studieperiode van ongeveer 6 maanden en in januari 2020 werden de eerste werken aangevat. Voor die uitvoering was een fijn uitgekiende planning absoluut cruciaal. Zowel voor onszelf, de klant als de stakeholders. Ook in dat opzicht was de ervaring van cluster 1 van onschatbare waarde. Met trots mogen we zeggen dat we vandaag prima op schema zitten. Zes van de acht bruggen werden al opgeleverd. Intussen gaan wel de werken op de kademuren, de jaagpaden, het nevenliggend wegennet nog verder. Met een sterke focus op minder hinder. Tegen de zomer van 2022 willen de cluster volledig afronden.”
Voor de civiele werken binnen het PPS-project speelde Franki Construct, net als in cluster 1, een leidende rol. “Onze werken bevatten de bruggenbouw, de beton-, wapenings- en funderingswerken van de bruggen en de bouw of versteviging van de keermuren en de kaaimuren”, verduidelijkt Davy Vrijsen, hoofdwerfleider bij Franki Construct. “En we zorgen ook voor het montageterrein en de tijdelijke voorzieningen om de brug naar het water te krijgen en andersom. De bruggen worden bovendien niet enkel verhoogd, het kanaal wordt ter plekke ook verbreed van 50 naar 80 meter. Dat zijn in grote lijnen de werken die Franki Construct uitvoert.”
Ook Franki Construct gebruikt de ervaring uit cluster 1 om de werken voor cluster 2 te optimaliseren. Davy Vrijsen: “Zo pakken we de werfleiding anders aan. In cluster 1 werd een werfleider aangesteld voor een specifieke taak, bijvoorbeeld bruggenbouw of kaaimuren, voor alle acht deelprojecten. Maar dat was logistiek niet ideaal omdat die verantwoordelijke geregeld van werf naar werf moest snellen. Voor cluster 2 werd gekozen om één werfleider per deelproject aan te duiden die dat deelproject van a tot z opvolgt. Zelf stond ik als hoofdwerfleider in voor een duidelijke planning per deelproject, zodat de mensen op de werf enkel de plannen voor hun specifieke brug te zien krijgen.”
Niet alleen voor het volledige PPS-project, ook voor de civiele werken in het bijzonder is planning cruciaal. Davy Vrijsen: “We mogen voor de volledige cluster gebruik maken van 17 stremmingsweekends. Een bijzondere uitdaging, als je weet dat één brug normaal gezien 4 stremmingsweekends nodig heeft. Dat betekent dat we tijdens een stremmingsweekend verschillende deelprojecten combineren voor cruciale werken zoals bijvoorbeeld ontkisting, invaren en afbraak op drie verschillende werven. Je kan je wel voorstellen hoe belangrijk de algemene planning dan is. De sterkte van Franki Construct, en bij uitbreiding de hele Willemen Groep, in dat verhaal is ongetwijfeld de knowhow die aanwezig is om complexe puzzels op de juiste manier te leggen. Dat zit ingebakken in de genen.”
Terwijl Franki Construct zich ontfermt over de civiele werken, toont Willemen Infra haar meerwaarde in het project op het vlak van wegenis- en rioleringswerken. “Enerzijds zorgen we voor de verharding van de aanloophellingen en het brugdek zodat de hoofdas over het kanaal gerealiseerd kan worden en anderzijds bouwen we ook de fiets- en jaagpaden. En dit voor alle deelprojecten”, vertelt Moric De Koninck, projectdirecteur bij Willemen Infra. “Omdat het een PPS-project betreft, is ons werk niet louter uitvoerend, maar kwam er ook heel wat studiewerk bij kijken en dat maakt het bijzonder. Er werden heel wat voorwaarden en eisen bepaald waar we tijdens uitvoering rekening mee moesten houden. We gingen dan zelf op zoek naar de meest economische en haalbare oplossingen.”
De spreiding van de activiteiten over heel Vlaanderen is voor Willemen Infra een grote troef. En is het zeker ook in dit gigantische project. Moric De Koninck: “Zo kunnen we de werken tussen Schoten en Kuringen, waartussen de 8 bruggen zich bevonden, uitvoeren met eigen mensen uit de regio noord en uit de regio oost. Dat vraagt organisatorisch natuurlijk heel veel overleg en het is cruciaal dat we onze pionnen goed neerzetten. Dankzij onze spreiding zijn we bovendien in staat om onze ploegen te laten leiden door werfleiders uit dezelfde regio, waardoor we kunnen teren op de lokaal verankerde sterktes. Daarnaast werd er ook mooi overkoepelend gewerkt. Het deelproject in Beringen is daar een mooi voorbeeld van. Daar werkten zowel Willemen Infra noord, oost als west samen voor de asfalt-, beton-, riolerings- en funderingswerken.
Ook voor Willemen Infra zijn een duidelijke communicatie, goeie afspraken en de nodige flexibiliteit onontbeerlijk voor een goed eindresultaat in dit project. Moric De Koninck: “En niet alleen tussen de verschillende regio’s van Willemen Infra, maar ook tussen Willemen Infra en alle andere partijen. En we mogen hier zeker spreken van een goeie samenwerking, waardoor de werken snel goed op gang kwamen. Ook Willemen Infra koos voor een verantwoordelijke werfleider per deelproject. Dat werkt prima en we zijn er dan ook in geslaagd om onze wegenis-, funderings- en rioleringswerken helemaal volgens de planning en binnen de deadlines uit te voeren. Het is zeer mooi om te zien hoe de verschillende regio’s van Willemen Infra samenwerkten en elkaar ondersteunden. Alleen daardoor konden we op korte tijd kwaliteitsvolle bruggen opleveren.”
Prioritair en een rode draad doorheen de hele cluster is het minder hinder-verhaal. Zo werd bijvoorbeeld het gros van de aan- en afvoer van materialen via het water vervoerd, werden er op de verschillende sites tijdelijke bruggen voorzien om de omgevingshinder te beperken en werden de stremmingsweekends optimaal geclusterd. De grote inzet om de werkzaamheden met minimale hinder voor alle stakeholders uit te voeren en de creativiteit bij de uitvoering van de werken waren de grootste troef van de nv Via T Albert om ook de tweede cluster binnen te halen.
“Willemen Groep zet traditioneel sterk in op minder hinder en zeker in dit project is dat doorslaggevend. We zijn heel bewust op zoek gegaan naar een zeer pragmatische, doch vernuftige, meerwaarde. De geografische spreiding van het project is een uitdaging, maar die uitdaging gingen we aan door stremmingsweekends te clusteren voor verschillende deelprojecten. Ieder deelproject had zijn mijlpalen waardoor een stremming onvermijdelijk was. Door te clusteren konden we het aantal stremmingsweekends beperken tot 17. Wanneer we zo’n weekend induiken, zijn we dus op verschillende fronten actief. Zo werd op 15 november de nieuwe brug in Kuringen ingevaren en op zijn plaats gelegd, terwijl in Oelegem de oude brug werd afgebroken. Op één weekend boeken we dus een gigantische vooruitgang. Dit illustreert perfect de grote meerwaarde van Willemen Groep in dit PPS-project. Samen met alle onderaannemers zorgen wij dat alle neuzen in dezelfde richting staan. En dat is de sleutel tot succes”, besluit Bert Muys.