De Arbowet is een wet die duidelijke richtlijnen en regels biedt die er voor moeten zorgen dat de werkplek zo veilig mogelijk wordt voor werknemers. De Arbowet is tegenwoordig niet meer weg te denken als men het heeft over veiligheid op de werkvloer. De wet bestaat al decennia lang. De voorloper van de Arbowet was de Veiligheidswet.
Veiligheidswet van 1895 voorloper van de Arbowet
De eerste Veiligheidswet ter bescherming van uitsluitend mannen werd van kracht in 1895. Deze Veiligheidswet was alleen van toepassing voor werkplaatsen en fabrieken. Deze werd in 1934 vervangen door een vernieuwde Veiligheidswet. Deze wet had een veel breder bereik omdat deze wet gold voor zowel de werkplaatsen, fabrieken als voor agrarische bedrijven. Pas vanaf 1983 is de Arbeidsomstandighedenwet of Arbowet
in verschillende stappen ingevoerd in Nederland. Bedrijven kregen door de invoering van de Arbowet meer verantwoordelijkheid en kregen bovendien meer verplichtingen om de veiligheid van hun werknemers te waarborgen. Bedrijven moeten de risico’s op de werkvloer inventariseren en moeten door middel van een plan van aanpak aangeven hoe ze ongelukken op de werkvloer willen voorkomen. Vanaf 1994 is de Arbowet weer ingrijpend gewijzigd. Zo moesten bedrijven verplicht aangesloten zijn bij een arbodienst. Op 1 november 1999 is de nieuwe Arbowet in werking. Doelstelling is om meer verantwoordelijkheid neer te leggen bij bedrijven en werknemers als het gaat om het bevorderen en waarborgen van de veiligheid en gezondheid van werknemers op de werkplek.
Persoonlijke beschermingsmiddelen
De eisen van persoonlijke beschermingsmiddelen (BPM) zijn in de jaren eveneens verhoogd. Beschermingsmiddelen mogen pas gebruikt worden als ze aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen. Belangrijk is dat het PBM voorzien is van een CE-markering en een gebruiksaanwijzing. De fabrikant moet een technisch dossier van het product aanleggen en aangeven welke veiligheid van het PBM verwacht kan worden. Daarnaast dient een PBM in overeenstemming te zijn met de betreffende bepalingen inzake ontwerp en constructie op het gebied van veiligheid en gezondheid, genoemd in het Warenwetbesluit persoonlijke beschermingsmiddelen.
De werkgever stelt voor de werknemer beschermingsmiddelen beschikbaar en onderhoudt of vervangt deze indien nodig. Bij de keuze staat het gewenste beschermingsniveau voorop, maar er wordt niet voorbij gegaan aan het gebruikerscomfort. Het gebruik van de juiste middelen is afhankelijk van de gevarenbron blijkend uit de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E).
Veel gebruikte PBM zijn: veiligheidskleding, -schoenen, -brillen,-handschoenen, gehoorbescherming en stofmaskers.
Veiligheidsschoenen
Veiligheidsschoenen beschermen de voeten tegen gevaren zoals stoten, knellen en het trappen in scherpe voorwerpen. De schoenen hebben een gesloten hielpartij, een stalen neus, antistatische eigenschappen, een energie- absorberende hak, een oliebestendige zool en waterafstotend bovenleer. De zolen van de schoenen hebben tevens antislipeigenschappen. Veiligheidsschoenen worden gedragen met een ondoordringbare tussenzool. Het gebruikerscomfort wordt door fabrikanten ver doorgevoerd. Het is nog nauwelijks zichtbaar dat er sprake is van een veiligheidsschoen, zoals bij het merk Puma. Dit merk is vooral bekend van zijn sportschoenen, maar biedt een breed assortiment van professionele Puma werkschoenen.