Platform over infrastructuur, ruimtelijke inrichting, civiele- en openbare werken
Rioleringssector is duidelijk: ga realistischer om met hemelwaterinfiltratie- en buffering
Bovengrondse oplossingen brengen soms de (verkeers)veiligheid in het gedrang.

Rioleringssector is duidelijk: ga realistischer om met hemelwaterinfiltratie- en buffering

De Gewestelijke Hemelwaterverordening 2023 (GSVH 2023) legt de ambities in Vlaanderen vast omtrent hergebruik, infiltratie en buffering van hemelwater, om overstromingen te voorkomen en duurzaam waterbeheer te bevorderen. FEBELCO, de productgroepering binnen FEBE van fabrikanten van producten in prefab beton voor riolering, transport, buffering en infiltratie van hemelwater, onderschrijft de ambities van deze verordening. Ze wil een partner zijn om de transitie te maken naar zo veel mogelijk hemelwaterinfiltratie en -buffering, klinkt het bij de groepering. Maar volgens FEBELCO bevat de GSVH 2023 een passage die te strikt en bijgevolg onrealistisch is: de verordening stelt dat alle waterinfiltratie bovengronds moet.

De nieuwe GSV Hemelwater stelt dus dat infiltratie bij voorkeur bovengronds moet plaatsvinden, tenzij er een goede reden is om het ondergronds te doen. Letterlijk staat er: ‘Infiltratievoorzieningen worden bovengronds aangelegd, tenzij de vergunningsaanvrager gemotiveerd aantoont dat de ondergrondse aanleg onvermijdbaar is.’

Evert Lemmens, CEO van TUBOBEL Group en voorzitter van FEBELCO, is duidelijk: “We hebben echt geen tijd te verliezen om infrastructuurwerken uit te voeren om met hemelwater om te gaan. De klimaatveranderingen maken dit alleen maar urgenter. Nu hebben rioleringsprojecten al een gemiddelde doorlooptijd van 8 jaar. Als we volgens deze strikte verordening, waarvan we de ambitie volledig onderschrijven, moeten werken, zullen vele projecten vertraging oplopen, van nul moeten herbeginnen of zelfs niet meer doorgaan. Dat kan toch niet de bedoeling zijn?”

De Geoprime®-buis van TUBOBEL kroonde zich tot winnaar van de Sustainability Award tijdens de laatste Techni-Mat Awards.

Niet zwart-wit

De sector wil alle stakeholders bewust maken van de voor- en nadelen van ondergrondse of bovengrondse oplossingen om hemelwater te infiltreren. Daarom werken ze aan een website die die de bezoeker via vijf vragen tot nadenken moet zetten. Evert Lemmens: “De website is enerzijds een wijzer die je naargelang de situatie in de ene of andere richting wijst. Anderzijds willen we alle stakeholders aanzetten om wijzer om te gaan met de GSVH 2023 en ons hemelwater. We willen duidelijk maken dat elk project anders is en waterinfiltratie geen zwart-witverhaal kan zijn. Zoals nu wel gesteld wordt.” 

Evert Lemmens: “We zijn voor de inhoud van de website en visietekst te rade gegaan bij veel stakeholders, van beheerders van waterinfrastructuur, over steden en gemeenten tot fiets- en verkeersverenigingen. Bij iedereen hoorden we gelijkaardige bezorgdheden: allemaal onderschrijven ze de nood om verstandiger om te gaan met ons hemelwater en begrijpen ze dat enkel bovengrondse infiltratie-oplossingen weinig realistisch zijn.”

Inhoudelijk worden een aantal argumenten aangehaald waarom boven- of ondergrondse infiltratie of buffering beter is. Zo zou voornamelijk de beperkte plaats in Vlaanderen een probleem kunnen zijn om alles bovengronds te realiseren. Een gracht of een wadi nemen plaats in, ten koste van bijvoorbeeld fietsinfrastructuur of landbouwgrond. Onteigeningen om toch bovengronds te werken leiden tot vertragingen. Er wordt erkend dat bovengrondse oplossingen een meerwaarde kunnen zijn naar biodiversiteit, maar soms ook (verkeers)veiligheid in het gedrang brengen. Qua kostprijs is er geen uitgesproken ideale oplossing, dit hangt af van het project. Bovengrondse oplossingen zijn soms snel en goedkoop aan te leggen, maar vragen meestal meer onderhoud dan een ondergrondse infiltratieoplossing, waarbij in het beste geval enkel een filter leeggemaakt moet worden. 

De productgroepering hoopt dat de huidige Vlaamse regering de GSVH 2023 bijstuurt op dit vlak, om zo te kunnen blijven verder werken aan een betere hemelwaterinfrastructuur. 

De eerste buis in geopolymeer werd succesvol aangelegd in de regenwaterstreng van een Aquafin-rioleringsproject in Duffel.

Cementloze rioolbuis op basis van geopolymeer toegepast in Duffel

Materialen die gebruikt worden in de infrastructuursector, hebben vaak een aanzienlijke ecologische voetafdruk. TUBOBEL Group ontwikkelde samen met het Finse bedrijf Betolar een buis op basis van een duurzaam alternatief voor cement: Geoprime®, het eerste product binnen het Climate Concrete-gamma van TUBOBL. De Geoprime®- buizen werden voor het eerst toegepast bij een Aquafin-werf in Duffel.

In de Geoprime®-buis van TUBOBEL, nog laureaat tijdens de laatste Techni-Mat Awards, is het bindmiddel een geactiveerd geopolymeer. Deze geopolymeren zijn bijproducten uit de staalproductie. Doordat er geen cement gebruikt wordt als grondstof, maar wel een bestaand bijproduct, ligt de CO2-uitstoot van Geoprime® qua grondstofgebruik maar liefst 78% lager dan bij klassiek beton (Levenscyclusanalyse niveau A1 & A2). De Geoprime®-buizen, zijn bedoeld voor buffering en transport van regenwater. Mechanisch voldoen ze aan dezelfde eisen als de gewone betonbuizen. Of ze beter bestand zijn tegen biogene zwavelzuuraantasting ten gevolge van H2S wordt op dit moment nog onderzocht.

De eerste buis in geopolymeer werd succesvol aangelegd in de regenwaterstreng van een Aquafin-rioleringsproject in Duffel. Evert Lemmens: “Voor onze Geoprime®-buis is dit een mooi referentieproject en we zullen dit product uiteraard verder blijven promoten en doorontwikkelen. Want milieubewustzijn zal de komende tijd alleen maar verder aan belang winnen en binnen dat verhaal wil TUBOBEL een actieve rol blijven spelen.” 

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details

Kunnen we je helpen met zoeken?