De Vlaamse Regering heeft het ontwerp van projectbesluit voor de Westelijke Ontsluiting Waaslandhaven (WOW) vastgesteld. WOW is een onderdeel van Extra Containerbehandelingscapaciteit Antwerpen (ECA), het project dat de behandeling van 7 miljoen extra containers per jaar mogelijk maakt, onder meer met de aanleg van een nieuw getijdendok en de bijbehorende logistiek-industriële terreinen. De vaststelling door de Vlaamse Regering is een belangrijke verbetering van de aansluiting van de haven op het hoofdverkeersnet voor verschillende vervoersmodi (spoor, auto- en vrachtverkeer, fiets). De aanleg van de infrastructuur gebeurt met respect voor de omgeving en nog voor het geplande Tweede Getijdendok in gebruik wordt genomen. Van 15 april tot en met 13 juni 2024 kan de bevolking zich tijdens het openbaar onderzoek uitspreken over de plannen.
De Port of Antwerp-Bruges is onder meer gespecialiseerd in de behandeling van containers en vormt een onmisbare spil in de bevoorrading van en de export uit ons land. Dat draagt in belangrijke mate bij aan de welvaart en koopkracht in Vlaanderen. In 2016 besliste de Vlaamse Regering dat er ruimte voorzien moest worden voor de behandeling van 7 miljoen extra TEU aan containers per jaar in het havengebied van Antwerpen. Daarvoor is het complex project ‘Realisatie van extra containerbehandelingscapaciteit in het Havengebied Antwerpen’ of kortweg ECA opgestart. De twee grootste projecten van ECA zijn:
Terwijl het ECA-project ‘Containercluster Linkerscheldeoever’ (CCL) de bouw van nieuwe containerbehandeling voorziet en nog in voorbereiding is, geeft de Vlaamse Regering nu al groen licht voor het andere ECA-project: de ‘Westelijke Ontsluiting Waaslandhaven’ (WOW).
WOW focust op de bijkomende lijninfrastructuur voor vrachtverkeer en voor woon-werkverkeer:
De Westelijke Ontsluiting Waaslandhaven is ontworpen met het oog op vlotte verkeersstromen. Zo verbetert niet alleen de bereikbaarheid, maar ook de efficiëntie van het logistieke proces. Maatregelen zoals een rechtstreekse verbinding van terminals met verschillende vervoersmodaliteiten dragen bij aan een groter potentieel voor spoorvervoer en aan een beheersbaar en veiliger vrachtverkeer. De verkeersstromen krijgen op de kruispunten of complexen een vlotte en veilige afwikkeling.
“Deze vaststelling is een belangrijke verbetering van de aansluiting van de haven op het hoofdverkeersnet voor verschillende vervoersmodi. Met WOW willen we inzetten op zowel op het beheersen van de verkeersdruk als de omgeving. We vrijwaren zowel de omliggende dorpskernen van zwaar verkeer en versterken de buffer tussen haven en polder”, zegt de Vlaamse Minister van Mobiliteit en Openbare werken. “Met dit project beogen we ook de fietsreflex verder aan te wakkeren. Hiervoor zullen we heel wat fietsverbindingen vervolledigen en uitbreiden. Heel wat medewerkers in de haven gebruiken vandaag al de (e-)fiets voor het woon-werkverkeer. Veilige en comfortabele fietsinfrastructuur zal de verdere modal shift naar meer duurzame verplaatsingen nog versterken.”
De Westelijke Ontsluiting Waaslandhaven is niet enkel van belang voor de huidige mobiliteit in en naar het havengebied. Ook in het kader van een nieuw containergetijdendok zal een optimale ontsluiting nodig zijn. De fasering binnen ECA is zo opgevat dat de WOW gerealiseerd zal zijn nog voor er extra containers in een nieuw dok arriveren.
De uiteindelijke aansluiting van de WOW op de E34 werken we uit via het afzonderlijke project ‘E34-west’. De Vlaamse overheid maakt nu een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) op voor E34-west. Op 29 februari 2024 vond de plenaire vergadering plaats over het voorontwerp van GRUP. Ook E34-west zal grotendeels gerealiseerd zijn voor het nieuwe dok en de bijbehorende logistieke terreinen helemaal in gebruik genomen worden.
WOW is niet alleen gericht op een optimale afwikkeling van het verkeer, we leggen ook een sterke nadruk op zuinig ruimtegebruik. De hoofdverkeersas bevindt zich volledig binnen haven en bestaande buffer. Het projectbesluit WOW zet ook volop in op initiatieven voor de omgeving. Zo verandert de bestemming van Putten Weiden, een deel van het poldergebied langs de haven, van ‘havengebied’ naar ‘natuurgebied’. Daarnaast komt er langs de WOW een bufferdijk van ruim 5 km lang, als onderdeel van een bufferlandschap dat de polders afschermt van de haven. Op en/of langs de bufferdijk worden bomenrijen aangeplant die de licht- en visuele hinder van de haven milderen. Het bufferlandschap heeft over de gehele lengte een grote belevingswaarde met zichten op zowel polder als haven. Er komen ook wandel-, fiets- en ruiterpaden. De bufferdijk en het continue bomenlint vormen een krachtige landschappelijke begrenzing van de haven.
Van 15 april tot en met 13 juni 2024 kan iedereen die dat wenst reageren op de plannen voor de Westelijke Ontsluiting van de Waaslandhaven. Alle informatie en documenten staan op de website cpeca.be.
Wie meer uitleg wenst of nieuwsgierig is hoe de Westelijke Ontsluiting van de Waaslandhaven en de buffer er uit zullen zien, kan daarvoor terecht op twee informatiemarkten:
Beide infomarkten zijn doorlopend open van 15 tot 20 uur.
Reageren kan tot en met 13 juni 2024 via [email protected] of per beveiligde zending (aangetekend schrijven of afgifte tegen ontvangstbewijs) aan:
Reginald Loyen
Departement Mobiliteit en Openbare Werken / afdeling Beleid
Koning Albert II-laan 15, bus 437, 1210 Brussel.
Wie dit wenst, kan ook een brief tegen ontvangstbewijs afgeven bij de gemeente Beveren, Gravenplein 7, 9120 Beveren.
Multimodaliteit speelt een sleutelrol in ECA. In de toekomst zal ECA op volle capaciteit de behandeling van 7 miljoen extra TEU aan containers per jaar mogelijk maken.
7 miljoen TEU is echter iets anders dan 7 miljoen containers of 7 miljoen vrachtwagens. TEU is de standaardmaat voor containers en staat voor ‘twenty foot equivalent unit’. Dit komt uit de tijd dat de meeste containers ongeveer 6 meter (20 voet) lang waren. Maar tegenwoordig zijn de meeste containers 12 meter lang. Die tellen elk voor 2 TEU. Met andere woorden: het gaat niet op om elke TEU als 1 container te tellen; er zijn minder containers dan TEU.
Bovendien maakt een deel van de containers slechts een tussenstop op de terminals en vertrekt weer met een ander zeeschip (‘transshipment’). Een ander deel gaat niet verder dan de vele logistieke magazijnen en fabrieken in de haven, waar ze worden uitgeladen of gevuld.
Afhankelijk van de hoeveelheid transshipment zal in de toekomst tussen de 3,2 en 4 miljoen van de extra TEU aan containerbehandelingscapaciteit ook effectief van of naar het achterland vervoerd moeten worden. Daarvan moet 15% per trein, 42% per binnenschip en 43% per vrachtwagen vervoerd worden. Als we dat aandeel voor vrachtwagens toepassen op de geraamde 3,2 à 4 miljoen TEU bijkomend vervoer, komen we uit op 1,4 à 1,7 miljoen TEU extra vervoer per vrachtwagen, na volledige ingebruikname van alle extra containerbehandelingscapaciteit voorzien door ECA. Voor alle duidelijkheid: 1 vrachtwagen kan 2 TEU per keer vervoeren.
Meer informatie
Alle informatie over het project extra containercapaciteit Antwerpen vindt u op de website www.cpeca.be.